Spelregels bowling

In het NBF-sportreglement staan alle regels omschreven die gelden tijdens wedstrijden op de verschillende niveaus. Hieronder vind je het stuk over de spelregels.

  1. Een game bestaat uit 10 frames. De eerste 9 frames bestaan elk uit maximaal 2 worpen. Als je in een van deze frames met je eerste worp een strike gooit, vervalt je tweede worp van dat frame. Het tiende frame bestaat ook uit 2 worpen, behalve als je een strike of spare gooit. Zie dan regel 3 voor het vervolg.
  2. De eerste worp in elk frame wordt gericht op een volledige en correcte opstelling van 10 pins, terwijl de tweede worp in elk frame gericht wordt op de pins die na de eerste worp van dat frame zijn blijven staan en/of volgens dit reglement behoren te blijven staan.
  3. Als je in het tiende frame een strike gooit, moet je op dezelfde baan gelijk nog 2 extra worpen doen. De eerste richt je op de volledige en correcte opstelling van 10 pins. De tweede extra worp richt je op de pins die na de eerste extra worp zijn blijven staan en/of volgens dit reglement behoren te blijven staan. Gooi je met de eerste extra worp een strike, dan wordt ook de tweede worp gericht op de volledige en correcte opstelling van 10 pins.
  4. Als je in het tiende frame een spare gooit, moet je op dezelfde baan gelijk nog een extra worp doen. Deze richt je op de volledige en correcte opstelling van 10 pins.
  5. De eventuele extra worp(en) in het tiende frame moet je direct doen, en wel voordat een andere speler of een medespeler aan de volgende beurt begint. Doe je dat niet, dan komt (komen) de extra worp(en) te vervallen.


Basis puntentelling (voor bepaalde klassen of wedstrijden kan dit anders zijn)

  • Een game bestaat dus uit 10 frames. In elk frame krijg je twee worpen. Elke pin die daarbij omgooit, levert je 1 punt op.
  • Als je alle pins in één worp omgooit, heb je een strike. Dat levert je 10 punten op, plus het totaal van de volgende twee worpen.
  • Als je alle pins in twee worpen omgooit, heb je een spare. Dat levert je 10 punten op, plus het totaal van de volgende worp.
  • Bij een strike of spare in het laatste frame (tiende) krijg je extra worpen om bonuspunten te verdienen.
  • De speler met de meeste punten na 10 frames (plus eventuele bonuspunten) wint het partijtje.
 
Voorbeeld:
  • Je gooit in frame 1 een strike (X) en daarna 8 pins in de volgende twee worpen, dat is 10 + 8 = 18 punten.
  • Je gooit in frame 2 een spare (/) en daarna 5 pins in de volgende worp, dat is 10 + 5 = 15 punten.

Zo tel je de punten op voor elke frame en bepaal je de winnaar aan het einde van het spel.